Opdrachtgeverschap en beleid
- Fabian Schurink

- 8 jun
- 2 minuten om te lezen
Wie vraagt wat van wie?
Over opdrachtgeverschap in beleid en jouw rol als beleidsadviseur om het helder te maken
In beleid is het soms onduidelijk wie eigenlijk waarvoor verantwoordelijk is. Een wethouder stelt iets voor. Een afdelingshoofd knikt. En voor je het weet werk je als beleidsadviseur aan iets waarvan je je halverwege afvraagt: wat is eigenlijk precies de opdracht?
Opdrachtgeverschap is een onderschat thema in beleidsontwikkeling. En juist daarom is het cruciaal.
Want als niet helder is wie opdracht geeft, wat er precies gevraagd wordt en waar ruimte zit voor eigen invulling — dan wordt beleid stroperig, reactief en ongericht.
Drie rollen die je uit elkaar moet houden
Goede beleidsontwikkeling begint bij duidelijkheid over wie welke rol heeft. Vaak spelen er drie typen opdrachtgeverschap door elkaar heen:
1. Bestuurlijk opdrachtgever
De wethouder of het college. Zij bepalen het wat: de politieke opdracht, de richting, de urgentie. Zij zijn aanspreekbaar op effect en legitimiteit. Maar: ze zijn geen projectmanager. Hun rol is sturen op maatschappelijke impact, niet op uitvoering.
2. Ambtelijk opdrachtgever
Vaak een teammanager, programmaleider of domeinregisseur. Zij zijn verantwoordelijk voor het hoe: het proces, de aanpak, de afstemming binnen de organisatie. Ze bewaken capaciteit, doorlooptijd, en het verbinden van opgaven aan bredere kaders.
3. Ambtelijk opdrachtnemer
Dat ben jij als beleidsadviseur. Jij krijgt de opdracht (of denkt hem mee), werkt hem uit, zorgt voor processtappen, en vertaalt wensen naar beleid. Maar — en dat is belangrijk — jij bent geen uitvoerder van onduidelijke wensen.
Wat er vaak misgaat
De rollen worden niet uitgesproken of lopen door elkaar. Je herkent dit misschien:
Een wethouder geeft een vage opdracht (“doe iets met de jeugd”)
Een manager zegt: “pak het maar op, jij weet er het meeste van”
Jij gaat aan de slag, maar halverwege blijkt dat er iets anders werd verwacht
Dan is niet het beleid het probleem — maar het opdrachtgeverschap.
Jouw rol: de opdracht verhelderen
Als beleidsadviseur ben je géén passieve opdrachtnemer. Integendeel: Je hebt een cruciale rol om opdrachten te helpen verhelderen — vooral als je bestuurlijke of ambtelijke opdrachtgevers dat zelf niet doen.
Dat vraagt dat je durft te vragen:
Wat is precies de vraag achter de vraag?
Wat is het beoogde effect — en voor wie?
Wat is mijn opdracht, en wat is mijn ruimte?
Wanneer is het goed genoeg?
Wie beslist uiteindelijk?
Je maakt opdrachtgeverschap expliciet. Niet om ingewikkeld te doen, maar om vaagheid te voorkomen.
Wat gebeurt er als je het niet doet?
Jij werkt aan iets zonder duidelijke koers
Je loopt vooruit op verwachtingen die niet zijn uitgesproken
Bestuurders voelen zich onvoldoende meegenomen
Managers krijgen het gevoel dat het ‘alle kanten opgaat’
En jij? Jij staat achteraf uitleg te geven over een opdracht die je nooit formeel gekregen hebt
Tot slot
Goed opdrachtgeverschap begint bij heldere rollen. En jij kunt het verschil maken door de vraag scherp te krijgen.
Planmatig werken betekent: niet alleen de inhoud structureren, maar ook het proces van opdracht en eigenaarschap. Als het bestuurlijk en ambtelijk opdrachtgeverschap niet helder is, kun jij als beleidsadviseur het initiatief nemen om dat samen te verhelderen.
Niet door te wachten. Maar door te vragen. En door grenzen én ruimte te markeren.
Opmerkingen